Wie werken er in de middenbouw?
We hebben 3 groepen in de middenbouw:
- Jupiter: Marinda en Daleen
- Neptunus: Levien
- Pluto: Mieke en Dieuwertje
De groepen
We hebben drie middenbouwgroepen. Typerend voor montessorionderwijs is dat er drie leerjaren bij elkaar in een klas zitten. In de middenbouw zijn dat de groepen 3-4-5. De samenvoeging van drie leerjaren in een klas is een bewuste keuze. De leerlingen stromen als jongsten een klas binnen, horen een jaar later bij de middelsten en verlaten de klas als oudsten. De kinderen hebben dus ieder jaar in de groep een andere sociale rol, in tegenstelling tot het gezin waar een kind altijd bijvoorbeeld de oudste is.
Korte schets van een werkperiode op onze school
Als het kind de klas binnenkomt geeft het de leerkracht een hand. Ze wensen elkaar goedemorgen. Dit is het moment dat kind en leerkracht de dag starten, met een kort gesprekje of een blik.
De kinderen gaan vervolgens zelfstandig aan het werk. In de middenbouw werken kinderen met een agenda waarin ze hun werk plannen.
“Help mij het zelf te doen”.
Als de kinderen aan het werk gaan, staat de leerkracht eerst voor de klas om te kijken of iedereen is begonnen. Vervolgens loopt hij/zij een kort rondje om de laatste kinderen aan het werk te helpen. Als kinderen hulp nodig hebben vragen ze dat meestal eerst aan een klasgenoot. Als die hulp “onvoldoende” was, leggen ze het (vraagteken)blokje neer, waarna de leerkracht hen verder helpt.
Als alle kinderen aan het werk zijn, loopt de leerkracht een ronde om individuele lesjes te geven of een instructie te geven aan een groepje kinderen.
De leerkracht is vooral onopvallend aanwezig in de klas. Hij/zij zit vaak tussen de kinderen en draagt bewust bij aan de goede werksfeer: als zij iets tegen één kind wil zeggen, zal zij er altijd naar toe gaan. Bij een mededeling voor iedereen rinkelt de leerkracht met een belletje. Dit bellen kan ook het einde van een werkperiode aangeven.
De leerkracht biedt ieder kind de kans zich optimaal te ontwikkelen door observatie, door persoonlijk contact bij instructie, door stimulering van de zelfwerkzaamheid en door alert te zijn op bijzonderheden die de aandacht vragen. Daarnaast vinden er drie keer per jaar driehoeksgesprekken plaats met leerling, ouder en leerkracht, waarbij de leerdoelen en het leerproces van het kind centraal staan.
Onderwijsprogramma
Leesonderwijs
Vanaf groep 3 werken de kinderen met de leesmethode Lijn 3, dit gebeurt intensief in een kleine groep buiten de klas met een aparte leerkracht. Computersoftware van deze methodes ondersteunen de verwerking.
We vragen de ouders om thuis ook veel met de kinderen te lezen, dit stimuleert het leesproces. Leesplezier staat hierbij voorop.,
Begrijpend lezen wordt in groep 3 gedaan met de methode Humpie Dumpie, groep 4 werkt aan Nieuwsbegrip op de computer, groep 5 krijgt elke vrijdagmiddag begrijpend lezen les, ook met Nieuwsbegrip. Doordeweeks maken zij ook de digitale les op de computer.
Taal en spelling
Vanaf groep 4 werken we aan een doorgaande ontwikkelingslijn met de verschillende onderdelen van taal- en spellingonderwijs. We werken hierbij met Snappet, een digitale vorm van lesgeven, waarbij ieder kind op zijn eigen tablet het werk maakt.
Voor spelling gebruiken we de methode Spelling op maat. In deze methode staat het luisteren naar klanken en het vertalen daarvan naar de tekens centraal. De opbouw van de lessen sluit goed aan bij onze Montessori-werkwijze. Er is veel ruimte voor zelfstandige verwerking van de aangeboden categorieën, ook digitaal.
Voor taal werken we vanuit leerlijnen en leerdoelen en dit is gekoppeld aan de thema’s van Da Vinci, onze kosmisch onderwijs methode. De leerlijnen van taal zijn: mondeling taalgebruik, schriftelijk taalgebruik en taalbeschouwing. Op het gebied van Montessori materiaal is de Taalkast aangeschaft, een kast met vernieuwde Montessoriwerkjes, die per leerjaar worden aangeboden.
Op onze school werken we afwisselend met instructie en zelfstandig (samen)werken. Ook het zelfontdekkend leren en het aanleren van strategieën spelen hierbij een belangrijke rol. Ons taalonderwijs is interactief. Dat wil zeggen dat in de groepen situaties gecreëerd worden waarin de kinderen zoveel mogelijk samen en in reactie op elkaar met taal bezig kunnen zijn. De kinderen leren zo bijvoorbeeld goed hun eigen mening onder woorden te brengen. Ze leren van en met elkaar.
Rekenen
Voor rekenen zetten we vanaf groep 3 de methode Rekenrijk in. Na instructiemomenten werken de kinderen zelfstandig verder. De verwerking doen de kinderen vanaf groep 4 op hun Snappet tablet. Bij sommige onderdelen werkt het montessori-materiaal als aanvulling op de methode.
Kosmisch onderwijs
Binnen het Montessori-onderwijs kennen we kosmisch onderwijs. Daaronder verstaan we de combinatie van de zaakvakken aardrijkskunde, geschiedenis en biologie.
Vanaf groep 3 werken we met de kosmische methode Da Vinci. Deze methode behandelt ieder blok een ander tijdperk, van het ontstaan van de aarde tot de tijd van nu.
Bij ieder thema komen de verschillende zaakvakken aan bod. Er worden lessen gegeven, video’s gekeken, creatieve verwerking gedaan en werkstukken gemaakt. Groep 5 heeft op vrijdagmiddag ook nog een extra verwerking van de les.
Sociaal-emotioneel
In alle groepen werken wij met de sociaal-emotionele methode Rots en Water. Doel van het Rots en Water programma is het vergroten van de communicatie- en sociale vaardigheden en welzijn bij kinderen en het voorkomen en/of verminderen van sociale problemen zoals pesten, conflicten, uitsluiting, meeloopgedrag.
Rots en Water is een een psychofysieke training. Weerbaarheid en sociale vaardigheden, rots en water, worden in balans gepresenteerd en getraind. Het is een combinatie van sociale vaardigheidstraining, sport en bewegingsonderwijs. De ontwikkeling van de fysieke weerbaarheid is niet alleen doel op zich, maar is vooral ook middel om mentale en sociale vaardigheden te ontwikkelen.
ICT
In groep 3 en 4 maken de kinderen al kennis met Google drive. Ze gebruiken het programma Documents om een korte tekst of oefening in te typen. Vanaf groep 5 worden de basisvaardigheden van Documents aangeleerd in speciale ICT-lessen. Ook Google Presentaties komt vanaf groep 4 al spelenderwijs aan bod, maar vanaf groep 5 krijgen de leerlingen hier echt les in. Ze leren hier veel over de opmaak en het invoegen van plaatjes e.d.
Expressie
Op onze school neemt expressie een belangrijke plaats in. Voor de midden- en bovenbouw hebben we een vakleerkracht handenarbeid, die met haar lessen aansluit bij feesten, seizoenen en de lessen van Da Vinci.
Een paar keer per jaar organiseren we een BOM-theater; drie groepen maken een voorstelling met toneel, muziek en dans. Ouders zijn welkom om te komen kijken bij deze voorstellingen.
Voor de expressievakken maken we ook gebruik van activiteiten van Kunst Centraal, een culturele instelling op provinciaal en lokaal niveau.
Techniek
In alle bouwen worden Techniektorens ingezet om het technisch inzicht van de kinderen te vergroten. Onder leiding van twee leerkrachten werken kinderen in groepjes buiten de klas aan verschillende soorten techniekopdrachten.
Volgen van de ontwikkeling
We volgen leerlingen door de jaren heen door te observeren, signaleren, diagnosticeren en het afnemen van methode-gebonden en landelijk genormeerde toetsen (CITO). Voor elke leerling maken we een (digitaal) dossier aan binnen ons leerlingvolgsysteem ParnasSys. Leerrendement en ontwikkeling van de leerlingen zijn via ParnasSys goed zichtbaar en goed te volgen.
De sociaal-emotionele ontwikkeling volgen we via het volgsysteem ZIEN. De leerkracht vult een paar keer per jaar een vragenlijst in. Naar aanleiding van de opbrengsten wordt gekeken of er specifieke behoeften of acties nodig zijn voor de groep of een kind.